Kleine Mensjes Havenroute

De Kleine Mensjes Havenroute is in april 2024 gestart. Het vertelt op originele en ludieke wijze de ontstaansgeschiedenis van Oudenbosch en het havengebied. Alle tafereeltjes zijn achter het raam geplakt om vandalisme te voorkomen. Alleen nummer 9 in de route is op de muur geplaatst, dus goed zoeken naar deze kleine waterrecreantjes!

  1. Hoe het begon/ Kade 6-8
    Hier begint de geschiedenis van Oudenbosch, vroeger Baerlebosch genoemd. Bijna 750 jaar geleden. Het is het jaar 1275. De plek waar je nu staat en het gebied eromheen was niet of nauwelijks begaanbaar. Het was moerasgebied; natte zompige grond waarin je kon worden opgezogen. Toen de monniken van de Sint-Bernardusabdij te Hemiksem, een klein dorpje in België, deze 200 bunder grond kregen (dat is ongeveer 400 voetbalvelden groot!), zagen ze mogelijkheid om deze grond met hulp van lekenbroeders en gehuurde arbeiders droog te maken. Hierdoor werd het gebied langzaam bewoonbaar. Hier zie je twee monniken staan tot aan hun knieën weggezakt in het moeras.
  2. De turfsteker/ Kade 3 In het begin richtte men zich vooral op het winnen van turf uit de zilte moerasgrond. Turf werd ook wel bruin goud genoemd. Deze turf werd gebruikt om huizen te verwarmen door het te verbranden. De werkdagen van de turfstekers waren zeker geen pretje. Ze begonnen vaak al midden in de nacht met het zware werk. Iedere dag werd er zoveel mogelijk turf gewonnen uit het veen. Het werk bestond uit het afgraven van de grond en het stapelen van de turven. Grote vierkante stukken veen werden in stukjes ter grootte van ongeveer een baksteen gestoken. De turven werden zo gestapeld dat de wind er flink doorheen kon blazen om ze goed te laten drogen. De turf werd vervolgens verkocht aan een turfschipper, die de kostbare lading naar de plaats van bestemming bracht. Het turfsteken was seizoenswerk. Het begon in het voorjaar en in de zomer moest de klus geklaard zijn, zodat de turf de benodigde tijd had om te drogen. Eind vorige eeuw werd turf in Nederland verdrongen door andere energiebronnen als olie, gas, wind- en zonne-energie en heeft de laatste turfsteker zijn schop voorgoed neergelegd.
  3. Vlettevaart / turfvaart/ Kade 19
    De turf die gestoken werd moest natuurlijk getransporteerd worden. Dit gebeurde veelal over het water. Turfondernemers groeven vaarten die in verbinding stonden met de haven. De gedroogde turf werd door mensen of paarden in schuitjes over de vaart getrokken. In de haven werd de vracht overgeladen op schepen die groter water konden bevaren. De turf werd vervolgens verscheept naar steden als Antwerpen, Gent en Brugge. Later kwamen daar steden als Breda en steden boven de rivieren in Holland bij. Aanleiding was het toenemende tekort aan brandhout en de groei van Vlaamse steden. Deze turfhandel leidt tot bloei van het dorp. Totdat er zich een ramp voordoet.
  4. St. Elizabeth vloed/ Kaaistraat 5
    Het is in de nacht van 19 op 20 november in het jaar 1421. Het is aardedonker en het stormt verschrikkelijk hard. Tegelijkertijd is het springvloed dus het water staat enorm hoog. De dijken kunnen het land niet langer beschermen tegen deze krachten en breken op verschillende plaatsen door. Het land tussen Dordrecht en Oudenbosch wordt verzwolgen door de zee. De bevolking vlucht naar hoger gelegen gebied in het dorp. Hoeveel mensen deze rampzalige nacht overleefden is niet bekend. Wel wordt er verteld dat in die woeste zee een mandje ronddreef met daarin een baby en een poes. Het verhaal gaat dat deze poes de baby beschermde door de mand in balans te houden op de hoge golven! Dit soort verhalen spraken zeer tot de verbeelding en werden generaties lang doorverteld.
  5. Haringeter/ Turfhoofd 25 Door de komst van het water veranderde het leven in en rond het dorp. Er was minder ruimte voor landbouw doordat grote delen van het grondgebied overstroomd waren. De mensen pasten zich aan en gingen vissen. Er ontstond een levendige handel in vis en werd dit een belangrijke bron van inkomsten voor het dorp. Bij de haven bevond zich geruime tijd een visafslag, de vismarkt genoemd. Deze bevond zich aan de kop van de haven. Helaas is deze verdwenen.
  6. Herberg/ Turfhoofd 59 Kort na de verwoestingen door de St. Elizabeth vloed ontstond een veerdienst tussen Oudenbosch en Dordrecht die het verkeer tussen Brabant en Holland weer mogelijk maakte. Deze drukke verbinding tussen Brabant, Zeeland en Vlaanderen aan de ene en Holland aan de andere kant, zorgde voor een opleving van de arme bevolking. De vele reizigers die gebruik maakten van het veer trokken ook in Oudenbosch hun beurs: de herbergen werden druk bezocht, het dorp bloeide op. Vermeldenswaard is nog dat Keizer Karel V op 31 mei 1515 in Oudenbosch overnachtte. De volgende dag vertrok hij met het veer naar Dordrecht.
  7. Touwtrekkers/ Touwbaan 2-24 & Havenhoofd 1-7 De straat Touwbaan hier in het havengebied herinnert aan de touwslagerij die zich hier vroeger bevond. In de tijd dat schepen nog kilometers touw gebruikten was de vraag naar touw enorm groot. Vezels van hennep, jute en katoen werden in elkaar gedraaid. Zo ontstond een lange streng touw. Voor dit proces was veel ruimte nodig. De banen waar touw werd gedraaid konden wel 300 meter lang zijn. Kinderen van soms pas 5 jaar werden ingezet om mee te werken aan het maken van touw. Veel straten in Nederland danken hun naam aan de geschiedenis van het touw draaien, zoals de Lijnbaan in Rotterdam en de Lijnbaansgracht in Amsterdam.
    Tegen het einde van de 19de eeuw verdwenen de touwslagerijen langzaamaan uit het Nederlandse leven. Door de industriële evolutie was het nu ook mogelijk om touw op een mechanische wijze te maken. Dit was vele malen sneller en goedkoper.
  8. Watergeuzen/ Havenhoofd 23/ rechts naast de deur Aan de gunstige economische ontwikkeling in het dorp kwam abrupt een einde door het uitbreken van de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648). Door de watergeuzen werd het veer ontregeld en Oudenbosch zelf werd geplunderd en platgebrand in 1583 door Staatse troepen. Toen weer enige opleving te bespeuren viel, rond 1600, kwam de pest roet in het eten gooien. Bijna elk gezin had wel een zieke te betreuren. Na 1648 kwam de economische voorspoed niet terug. Noord-Brabant valt onder het gezag van de Staten – Generaal en de Oudenbosschenaren, die zoals bijna alle bewoners van West-Brabant katholiek gebleven waren, moesten hun kerk en het bestuur over hun dorp overlaten aan de hervormde kerk. Oudenbosch was lange tijd de belangrijkste zuidelijke haven van het veer. De voortdurende oorlogssituatie eind zestiende, begin zeventiende eeuw bleek uiteindelijk funest voor het veer: Oudenbosch werd in 1583 platgebrand en geuzenschepen maakten de vaarroute onveilig. Van een regelmatige veerdienst tussen Oudenbosch en Dordrecht was rond 1600 geen sprake meer.
  9. Waterrecreanten/ Havenhoofd/ bij nr 9 om de hoek op de witte muur De Stichting Waterpoort naar Rome heeft ambitieuze plannen voor het gebied rondom de haven. De sfeer rondom dit gebied wordt gezelliger, er zullen meer recreanten komen over land en over water en de waterkwaliteit zal verbeteren. Ideale omstandigheden om hier op een zonnige dag te verblijven en even een verfrissende duik te nemen! Ook zal er een trekvlot komen waarmee we ons kunnen verplaatsen naar de andere kant van het water en zo verder te wandelen over de boulevard aan de Havendijk. Zoek op en in deze muur de 6 recreanten die al volop aan het genieten zijn van deze plek! Voor meer informatie over de plannen ga naar: https://waterpoortnaarrome.nl
  10. Kakdoos/ Kaaistraat 20 Vroeger hadden de meeste mensen nog geen toilet zoals wij dat kennen in huis, maar een huisje in de tuin. Daar werd een diepe kuil gegraven waarin men hun behoeftes deed. Als de kuil helemaal vol was, dekte je hem af of je schepte hem leeg.
    De Romeinen kenden vooral openbare toiletten, die stonden in een badhuis. Er waren meestal geen gescheiden ruimtes, dus iedereen zat gewoon gezellig bij elkaar in één ruimte terwijl men zijn behoefte deed. In de tussentijd kon er nog wat met elkaar gepraat worden. De Romeinen hadden al best een goed rioolsysteem, alles kwam eerst in de goot terecht en verdween daarna in de rivieren. In de middeleeuwen is veel van de Romeinse kennis weer verdwenen. Men moest zijn behoefte daarom simpelweg in een emmer of iets dergelijks doen. Alleen in kastelen was er een speciale voorziening, het gemak. Het moderne toilet met waterspoeling zoals wij dat nu kennen is in de 16e eeuw uitgevonden door de Engelsman John Harington. Vervolgens is het steeds verder ontwikkeld. Op een gegeven moment kreeg iedereen zo’n pot in huis. Dat was toen in het begin allemaal heel bijzonder! Een toilet wordt vaak een wc (of nog informeler: plee) genoemd. De afkorting wc staat voor het Engelse watercloset, wat letterlijk vertaald iets als “waterkast” betekent. Een oud woord voor toilet is gemak.
  11. Snaveldokter/ Kaaistraat 2/ achter het glas bij de deur In 1604 werd de bevolking van Oudenbosch geteisterd door de pest, ook wel de zwarte dood genoemd. Deze ziekte is zeer besmettelijk. Na de 80-jarige oorlog telde Oudenbosch nog slechts 10 bewoonde huizen. De andere bewoners waren gedood of gevlucht voor plunderingen en brandstichting door de watergeuzen. Op 4 gezinnen na waren alle inwoners besmet met de pest. Bij een pestuitbraak kwam de snaveldokter bij mensen met klachten thuis langs. Een lange jas en masker met een snavel van zo’n 15 centimeter lang, moest deze arts behoeden voor een besmetting. Met een lange stok ‘onderzocht’ hij de patiënt en kon niet meer doen dan vaststellen dat deze patiënt wel of niet besmet geraakt was. Een behandeling tegen deze ziekte bestond toen niet. Velen stierven een akelige dood. Als de pestdokter de pest had geconstateerd werd er bij dat huis een bosje stro opgehangen als waarschuwing voor andere bewoners in het dorp.
  12. Suikergoed/ Kade 18
    In 1862 kreeg de werkgelegenheid weer een flinke impuls door de bouw van de eerste suikerfabriek langs de haven.
    Vier jaar later kwam er een tweede suikerfabriek bij. Meer dan 10% van de circa 3.400 inwoners van Oudenbosch vond werk in deze fabrieken. Met een loon van negen gulden per week —jongens en meisjes onder de 16 jaar kregen fl. 3,30— behoorden deze mensen tot de bestbetaalde arbeiders en arbeidsters van Oudenbosch.
    De suiker werd gemaakt van suikerbieten die in de omgeving werden geteeld. Deze suikerbieten werden over land en over water getransporteerd naar de fabrieken. Van deze suiker werden onder andere suikerklontjes gemaakt. Suikerklontjes worden gemaakt door kristalsuiker vochtig te maken, het in blokjes te persen en weer te laten drogen. Wist je dat de eerste suikerklont in 1840 werd gemaakt in Oostenrijk? Van één suikerbiet kunnen ongeveer 28 suikerklontjes gemaakt worden.
  13. Leugenbankje/ Kade 24 Een leugenbank is een van oudsher bestaande benaming voor een plek waar bewoners samenkomen om nieuwtjes uit te wisselen. Het is een plaats om te zitten, gesitueerd op een strategische plaats in de openbare ruimte van een dorp of stad. Hierbij is de bank meestal in de open lucht geplaatst en hooguit voorzien van een afdak en enkele wandjes ter beschutting. Traditioneel is de plaats in de nabijheid van de haven. Ook centraal gelegen, zoals het dorpsplein of het marktplein, zijn bekende plekken voor een leugenbank. Het Woordenboek der Nederlandsche Taal noemt het een plek “waar leegloopende lieden, b.v. zeelieden aan den wal, zich dagelijks verzamelen en allerlei verhalen opdissen”, met als vroegste gebruik in het jaar 1645. Hier zie je een miniatuur van Het Praethuis, de wens van een aantal dorpsbewoners. Zo kunnen ze misschien in de toekomst ook bij minder lekker weer gezellig samenkomen!
  14. Bierbrouwerij het Anker/ West Vaardeke 60
    In dit pand heeft vroeger, van 1864 tot 1948 een bierbrouwerij gezeten met de naam Het Anker. Het was een echt familiebedrijf. Het Anker produceerde voornamelijk oud bruin maar kwam ook met een nieuw bier; het Franciscaner zwaar bier. Door de concurrentie van de naoorlogse jaren werd in 1948 besloten om het recept van het Franciscaner bier aan De Drie Hoefijzers te verkopen en het agentschap van deze brouwerij te aanvaarden. Daarna heeft hier nog tot 1970 een drankenhandel gezeten. Nu is het pand gerestaureerd en in gebruik genomen als woonruimte.

Genoten van de wandeling? Steun de KleineMensjesroute door een klein bedrag te doneren. Dit kan door op onderstaande link te klikken.

https://steunactie.nl/actie/kleine-mensjes-route-oudenbosch-3/-35947

Plaats een reactie